Doorbraak hybride aardappel opent deuren voor Afrikaanse boeren
Tijdens de jaarlijkse Potato Days van Royal HZPC Group staat dit jaar hybride aardappelveredeling centraal. Onder de naam NOVA zal Royal HZPC Group de komende jaren haar hybride aardappelrassen introduceren. In Kenia is het eerste hybride ras inmiddels aangemeld voor registratie. Een belangrijke mijlpaal in onze Resilience Revolution (weerbaarheidsrevolutie), aldus Hans Huistra.
“Hoewel we niet naar Kenia kunnen exporteren, kunnen boeren daar straks wél beschikken over gecertificeerd, schoon en krachtig uitgangsmateriaal.”
Wat is een hybride aardappel?
“Een hybride aardappel smaakt en ziet er precies hetzelfde uit als de aardappel die we allemaal kennen”, vertelt Hans Huistra, CEO Royal HZPC Group. “Het verschil zit in de veredelingstechniek. De manier waarop het ras ontstaat. Met de juiste genetica kunnen we via hybride veredeling sneller nieuwe rassen ontwikkelen. Bijvoorbeeld bij een opkomende ziekte: een nieuwe resistentie tegen deze ziekte leidt in hybride veredeling sneller tot een nieuw ras. Dat gaat tot wel twee keer zo snel als bij klassieke veredeling.”
“Daarnaast kunnen hybride aardappelen uit zaad worden geteeld — een innovatie die nieuwe markten opent.”
Van ondenkbaar naar doorbraak
“Hybride veredeling is al decennialang succesvol bij gewassen zoals mais en tomaat”, vertelt Ad Vrolijk, programmaleider Hybride veredeling bij Royal HZPC Group. “Voor aardappelen leek dit onmogelijk, omdat zelfbestuiving genetisch gezien geen optie was. In 1999publiceerde de Japanse wetenschapper Hosakaechter overeen gen in een wilde aardappel dat zelfbestuiving wél mogelijk maakt – waardoor hybride veredeling ook gebruikt kon worden voor aardappelen.In 2007 haalden we dit materiaal naar Nederland. Uiteindelijk lukte het om dit gen in bestaande rassen te kruisen. Sinds 2011 investeren we vanuit onze researchafdelingintensief in hybride veredeling. En dat zorgt nu voor een doorbraak.”
Focus op regio’s met beperkte toegang tot goed uitgangsmateriaal
Hybride veredeling biedt op korte termijn de grootste kansen in gebieden waar telers geen toegang hebben tot kwalitatief hoogwaardig pootgoed — zoals in delen van Azië en Afrika. In Kenia, bijvoorbeeld, heeft slechts 10% van de circa 800.000 kleinschalige aardappeltelers toegang tot schoon en sterk uitgangsmateriaal. Ad Vrolijk: “Het land is bijna zo groot als Frankrijk, maar telt slechts een handvol bedrijven die gecertificeerd pootgoed verkopen. Voor veel boeren is goed uitgangsmateriaal dan ook niet beschikbaar, onbetaalbaar of economisch niet rendabel. Daardoor wordt een deel van de oogst herhaaldelijk gebruikt als pootgoed, met oogstverliezen en verminderde voedselzekerheid als gevolg.Bovendien zorgt de hoge ziektedruk voor een hoog risico van de teelt van pootgoed. Daardoor zien telers hiervan af en richten ze zich alleen op consumptieteelt.”
Waarom hybride veredeling werkt
“Bij klassieke veredeling kruis je twee rassen en selecteer je uit duizenden nakomelingen, waarvan je geen twee hetzelfde vindt”, vervolgt Ad Vrolijk.
“De eerste jaren van selectie moet je altijd in Nederland houden totdat je voldoende pootgoed hebt. In die jaren selecteer je dus op een goede prestatie onder Noord-Europese omstandigheden. We testen zo snel mogelijk verder van huis, maar de eerste paar jaar lukt dat niet. Met hybride veredeling kun je wél direct testen op plekken waarvoor je ze maakt, waar ook ter wereld. Dat is een groot voordeel.”
Ook is het zo dat bij klassieke veredeling al het goede van een ras bij iedere kruising weer volledig uit elkaar valt. In de ouderlijnen van hybriden kun je de goede eigenschappen juist bij elkaar houden en blijven verrijken.Dat komt omdat die ouderlijnen zuiver zijn gemaakt. Bij hybride veredeling maak je deze zuivere ouderlijnen — genetisch homozygoot -dankzij inteelt. Daardoor weet je precies welke eigenschappen de nakomelingen krijgen en bovendien groeit er, in tegenstelling tot klassieke veredeling - uit elk zaadje een identieke plant. Daardoor kun je hybride aardappelen telen uit knollen én uit zaad. Dat maakt snelle en kostenefficiënte opschaling mogelijk.”
Resultaten in Kenia
In Kenia zijn de afgelopen jaren vele proeven uitgevoerd. In 2021 bereikte Royal HZPC Group een mijlpaal: een hybride ras behaalde een opbrengst gelijk aan Shangi, het meest gebruikte lokale ras. Sindsdien zijn de ouderlijnen verder geoptimaliseerd. Het nieuwe ras, codenaam D23HY2515, presteert goed, mede ook doorde dubbele phytophthora-resistentie die het ras bezit.
Ad Vrolijk: “In Kenia is phytophthora een ziekte die het hele jaar door voorkomt, er staat altijd wel ergens een zieke plant.Gewasbeschermingsmiddelen zijn moeilijk verkrijgbaar, te duur of worden verkeerd ingezet. De praktijk is dat veel boeren niet of zeer weinig spuiten. Daarom testen we in Kenia zowel met als zonder inzet van gewasbeschermingsmiddelen. De resultaten zijn veelbelovend: ons hybride ras evenaart de opbrengst van het grootste Keniaanse ras en is het enige ras wat zijn opbrengst handhaaft als de phytophtora-druk hoog is. Boeren die wel toegang tot gewasbeschermingsmiddelen hebben, kunnen hier dankzij onze resistente rassen tot wel 30% op besparen.”
Pootgoed blijft essentieel
Hybride veredeling ontwikkelt zich snel, maar pootgoed blijft belangrijk.
“Wij verwachten dat de teelt van consumptieaardappelen nog met pootgoed zal gebeuren,” aldus Hans Huistra. “Want ook bij hybride rassen is werken met knollen de meest oogstzekere methode. Teelt uit zaailingen (kleine plantjes) heeft 2-3 weken meer groeidagen nodig dan wanneer je met een knol start. Om maximale opbrengst te halen moet je wel eerst een rondje pootgoed produceren om daarmee een hoog en marktwaardige consumptieopbrengst te krijgen. Vanuit de grote hoeveelheid zaden kun je met minder pootgoedcycli toe. Dit verkleint het risico in de pootgoedteelt.”
Ad Vrolijk: “Ook in Kenia volgen boeren met hybride aardappelen het traditionele proces. Zeker omdat planten uit zaad meer tijd nodig hebben om grote knollen te vormen. Boeren willen na honderd dagen hun land weer gebruiken voor een ander gewas.”
“Al met al belooft hybride veredeling de aardappelteelt een mooie toekomst. Vooral omdathet mogelijkheden biedt om in geselecteerde gebieden schoon en sterk uitgangsmateriaal beschikbaar te stellen aan kleinschalige telers. Dat kan het verschil maken in voedselzekerheid. En dat is onze drijfveer”, besluit Hans Huistra.
Hoe werkt het?
Hybride veredeling klinkt complex, maar het principe is helder
Ad legt uit: “Bij gewone aardappelen is zelfbestuiving niet mogelijk — dat gen ontbreekt. Een bepaalde wilde aardappelsoort, die zelf niet geschikt is voor productie, heeft dat gen wél. Door deze te kruisen met een gewone aardappel, krijgen de nakomelingen dat zelfbestuivingsgen mee. Daarmee kun je verder werken.”
“We maken ouderlijnen door deze nakomelingen herhaaldelijk met zichzelf te bestuiven — inteelt dus. Normaal gesproken is inteelt ongewenst, omdat het genetische variatie vermindert. Maar hier is het doel juist om een ouderlijn te creëren zonder genetische variatie. Want alleen zo weet je precies welke genetica doorgegeven wordt aan de nakomelingen. Zodra we verschillende ouderlijnen hebben, kruisen we die met ouderlijnen die genetisch heel anders zijn. Zo ontstaat én genetische variatie – wat het ras sterk maakt - én krijg je uniforme nakomelingen.”
“Om de beste combinatie van ouderlijnen te vinden, voeren we honderden testkruisingen uit. Die planten we uit in Kenia, waar de rassen moeten presteren. Vinden we een combinatie met hoge opbrengst, goede ziekteresistentie en sterke groei? Dan kunnen we razendsnel opschalen. Want hybride rassen kun je wél uit zaad telen en daarvan kunnen we direct miljoenen produceren. En we zullen een goed ras niet kwijtraken — we kunnen de ouderlijnen altijd opnieuw combineren.”
“Naast het veldwerk,werken we ook intensief met data. We meten welke eigenschap uit welke ouder afkomstig is. Dat maakt selectie en bijsturing efficiënter.”
Een veelgestelde vraag: “Kun je een ras als Spunta niet gewoon hybride maken?”
Ad: “Het antwoord is nee. Als je het zelfbestuivingsgen in Spuntakruist, kun je miljoenen verschillende nakomelingen maken — maar geen ervan lijkt op Spunta. De uitdaging zit dus in het maken van die pure ouderlijnen. Dat kost tijd. Maar als ze er eenmaal zijn, kun je wel snel opschalen en rassen gericht aanpassen.”
In Nederland en Europa
Komt de hybride aardappel ook naar Nederland?
Ad Vrolijk: “Dat zal nog even duren. Het maken van ouderlijnen is een intensief en langdurig proces. Bovendien liggen de eisen in Europa en Noord-Amerika hoger. Hier werken we al decennialang met kwalitatief hoogwaardig uitgangsmateriaal. In het geval van Royal HZPC Group al meer dan 125 jaar – zo’n periode aan veredelingswerk heb je niet zomaar ingehaald.”
“In Kenia maken we nu het verschil, juist omdat daar de toegang tot goed uitgangsmateriaal beperkt is. Maar dat hybride aardappelen uiteindelijk ook in Europa een rol gaan spelen, is logisch.”
Hans Huistra: “Belangrijk om te zeggen is dat ook bij hybride aardappelen pootgoedteelt essentieel blijft. Uit knollen groeien meer en grotere aardappelen. Dat maakt het nog steeds de meest effectieve en efficiënte methode. Toch biedt hybride veredeling ook hier kansen: sterkere rassen, snellere raswisselingen en directe opschaling bij veranderende omstandigheden.
We verwachten dan ook dat hybride veredeling zorgt voor een zonnigere toekomst voor alle aardappeltelers. Dat is goed nieuws voor ons allemaal, want zonder telers geen Royal HZPC Group.”